Wie was Joris In 't Veld
Wie was Joris in ’t Veld, naar wie onze school is vernoemd, en wat heeft hij voor Zaandam betekend? Hieronder is zijn levensloop beschreven, met dank aan wikipedia.
Joris in ’t Veld (Dubbeldam, 5 juli 1895 – Den Haag, 15 februari 1981) was een Nederlands veelzijdig sociaaldemocratisch politicus (onder andere minister), hoogleraar te Leiden, rector magnificus van de Vrije Universiteit te Amsterdam, lid van de Raad van State, bestuurder (onder andere van Humanitas en het Humanistisch Verbond) en één van de grondleggers van bestuurswetenschappen in Nederland. In 1937 volgde hij Kornelis ter Laan op als burgemeester van Zaandam en werd in dat jaar lid van de Eerste Kamer voor de SDAP. Als PvdA-minister van Wederopbouw en Volkshuisvesting in de kabinetten-Beel I en -Drees I en -Drees II bracht hij onder meer de Wederopbouwwet tot stand.[1]
Levensloop
In ’t Veld werd geboren in Dubbeldam (nu een deel van gemeente Dordrecht), in het dorp waar in 1869 ook zijn vader Cornelis in ’t Veld, arbeider en later groentehandelaar, was geboren. Hij volgde de mulo in Dordrecht en begon hierna op vijftienjarige op het gemeentehuis van Dordrecht te werken. Hierna studeerde hij verder in zijn vrije tijd. In 1916 rondde hij de opleiding tot kandidaat-gemeentesecretaris af en in 1921 deed hij staatsexamen. Later zou hij van 1921 tot 1926 nog rechten studeren aan de Rijksuniversiteit Leiden. Op 11 juli 1929 promoveerde hij in de rechtsgeleerdheid aan de Rijksuniversiteit Leiden op het proefschrift Nieuwe vormen van decentralisatie.[1]
Na zijn eerste baan bij de gemeente Dordrecht ging hij vier jaar later 1914 over in dienst van de gemeente Rotterdam, aanvankelijk als klerk bij Publieke Werken. Hij klom daarna geleidelijk op in gemeentedienst tot hij in 1936 waarnemend gemeentesecretaris van Rotterdam en administrateur van de afdeling Volkshuisvesting werd.[2] Een jaar later in 1937 volgde hij Kornelis ter Laan op als burgemeester van Zaandam.
Naast zijn persoonlijke carrière had ook de politiek In ’t Velds belangstelling. Als jongeman uiterst links, met zekere sympathie voor anarchisme en communisme, trad hij na Troelstra’s mislukte revolutiepoging van november 1918 toe tot de Sociaal Democratische Arbeiders Partij (SDAP). Hij was actief in de plaatselijke afdeling van deze partij en van het Instituut voor Arbeidersontwikkeling, waarvan hij in Rotterdam aan het einde van de jaren twintig enige tijd voorzitter was.[2] Vanaf het einde van de jaren 1920 was hij actief in de SDAP; in 1931 werd hij voor deze partij in Provinciale Staten van Zuid-Holland gekozen tot 1937.
Naast het burgemeesterschap van Zaandam was In ’t Veld vlak voor en vlak na de Tweede Wereldoorlog lid van de Eerste Kamer alsook later van 1952 tot 1964. In 1948 werd hij minister van Wederopbouw en Volkshuisvesting. Na 1952 begon In ’t Veld een loopbaan op wetenschappelijk terrein: na in 1953 een serie lezingen over huisvesting te hebben gehouden voor het Institute of Social Studies in Den Haag, werd hij in 1954 opgenomen in de staf van dit instituut. In 1955 kreeg hij hier ook de leiding van de faculteit voor bestuurswetenschappen.[2] In 1957 tot 1965 kreeg hij een aanstelling als hoogleraar te Leiden en in die tijd was hij was ook rector magnificus van de Vrije Universiteit te Amsterdam. Na 1964 was hij nog zes jaar lid van de Raad van State.[bewerken] Persoonlijk
In 1922 trad Joris in het huwelijk met Antje Peeters, en ze kregen een zoon en twee dochters. Zijn zoon was de bekende Delftse hoogleraar Jan in ’t Veld (1925-2005). Een dochter Cornelie (Corrie) in ’t Veld trouwde met de R.J. de Wit, burgemeester van Alkmaar en daarna gezaghebbend Commissaris der Koningin van Noord-Holland in de periode 1976-1992.[3] Na het overlijden van Antje Peeters in 1966 hertrouwde Joris in ’t Veld datzelfde jaar met Ellen Elisabeth ten Brink.
Hij is onderscheiden als Ridder in de Orde van de Nederlandse Leeuw in 1946, Commandeur in de Orde van Oranje Nassau in 1952, en Commandeur in de Orde van de Nederlandse Leeuw in 1963.